Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (A)
4.2 Afgifte van bijzondere doorlaatbewijzen aan de grens
Geldend
Geldend vanaf 01-04-2013
- Bronpublicatie:
26-03-2013, Stcrt. 2013, 6442 (uitgifte: 28-03-2013, regelingnummer: WBV2013/4)
19-12-2012, Stcrt. 2012, 26099 (uitgifte: 24-12-2012, regelingnummer: WBV2012/25)
- Inwerkingtreding
01-04-2013
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
26-03-2013, Stcrt. 2013, 6442 (uitgifte: 28-03-2013, regelingnummer: WBV2013/4)
19-12-2012, Stcrt. 2012, 26099 (uitgifte: 24-12-2012, regelingnummer: WBV2012/25)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
De ambtenaar belast met de grensbewaking geeft met het oog op kort verblijf van de vreemdeling een bijzonder doorlaatbewijs (zie Model M6) af aan een vreemdeling die:
- •
niet visumplichtig is;
- •
die bij binnenkomst niet beschikt over een geldig document voor grensoverschrijding.
Een bijzonder doorlaatbewijs is na afgifte een geldig document voor grensoverschrijding.
Het afgeven van bijzondere doorlaatbewijzen aan de grens is een bevoegdheid van de lidstaten van de Benelux. De ambtenaar belast met de grensbewaking geeft het bijzondere doorlaatbewijs af op grond van het reisdoel en de plaats van bestemming voor:
- •
de drie Beneluxlidstaten gezamenlijk;
- •
twee van de lidstaten;
- •
één van de lidstaten.
De ambtenaar belast met de grensbewaking toetst de afgifte van een bijzonder doorlaatbewijs aan elk van de volgende voorwaarden:
- a.
de vreemdeling toont aan dat er sprake is van overmacht;
- b.
de vreemdeling toont aan dat er een dringende en gegronde reden voor verlening van toegang bestaat;
- c.
de vreemdeling maakt aannemelijk dat de duur van het verblijf niet langer dan twee weken zal bedragen; en
- d.
de vreemdeling is in het bezit van een document waaruit zijn identiteit blijkt.
Ad a.
De ambtenaar belast met de grensbewaking verstaat onder een situatie van overmacht in ieder geval:
- •
passagierende zeelieden van wie het zeeschip onaangekondigd is uitgevaren;
- •
drenkelingen;
- •
personen die het slachtoffer zijn geworden van diefstal van het geldige document voor grensoverschrijding.
Ad d.
Het document waaruit de identiteit van de vreemdeling blijkt is bij voorkeur een identiteitsbewijs voorzien van een pasfoto afgegeven door een autoriteit van het land van herkomst van de vreemdeling. De ambtenaar belast met de grensbewaking bevestigt op het bijzonder doorlaatbewijs een foto van de vreemdeling als de vreemdeling beschikt over een document waaruit zijn identiteit blijkt, maar dat document niet is voorzien van een foto.
De ambtenaar belast met de grensbewaking verleent het bijzondere doorlaatbewijs gratis aan de vreemdeling.