Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/102
Toestemming bloedproef bij verdenking rijden onder invloed. Schuld cfm art. 6 WVW 1994
HR 16-12-2014, ECLI:NL:HR:2014:3616
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
16 december 2014
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, N. Jörg
- Zaaknummer
13/00761
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Verkeersrecht (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:3616, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑12‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:2284, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑10‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑01‑2014
- Wetingang
Essentie
1. Alleen ten aanzien van een persoon die wordt verdacht van overtreding van art. 8 WVW 1994 kan de procedure inzake de bloedproef worden toegepast, welke procedure aanvangt met het vragen van diens toestemming door een opsporingsambtenaar (vgl. HR NJ 2006/447). Het vragen van die toestemming behoort daarmee tot de procedure strekkende tot een onderzoek van het afgenomen bloed maar niet tot het in art. 8 WVW 1994 bedoelde onderzoek als zodanig. Art. 359a Sv is derhalve het toetsingskader in het geval onbevoegd is gevraagd om toestemming aan een persoon die niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.