Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/98
Art. 81 lid 1 RO. BOPZ. Voorlopige machtiging (art. 2 Wet Bopz). Afwijzing verzoek tot aanhouding. Gevaar.
HR 19-12-2014, ECLI:NL:HR:2014:3661
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 december 2014
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/05033
- Conclusie
A-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Gezondheidsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:3661, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑12‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:2193, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑11‑2014
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. BOPZ. Voorlopige machtiging (art. 2 Wet Bopz). Afwijzing verzoek tot aanhouding. Gevaar.
Partij(en)
[Betrokkene], verzoeker tot cassatie, adv.: mr. G.E.M. Later,
tegen
de Officier van Justitie in het Arrondissement Oost-Brabant, te ′s-Hertogenbosch, verweerder in cassatie, niet verschenen.
Conclusie
Conclusie A-G mr. F.F. Langemeijer:
1. De feiten en het procesverloop
1.1.
Op 2 juli 2014 heeft de officier van justitie in het arrondissement Oost-Brabant aan de rechtbank aldaar verzocht een voorlopige machtiging te verlenen om verzoeker tot cassatie (hierna: betrokkene) te doen opnemen en verblijven in een psychiatrisch ziekenhuis (art. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.