Einde inhoudsopgave
Wet studiefinanciering 2000
Artikel 7.4 Verrekening teveel toegekende en uitbetaalde studiefinanciering
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2015
- Redactionele toelichting
Herstel van de wijziging van 19-11-2009, Stb. 529. Deze wijziging wordt toegepast ten aanzien van de deelnemer, bedoeld in art. 1.1, lid 1, met ingang van 01-08-2015.
- Bronpublicatie:
21-01-2015, Stb. 2015, 50 (uitgifte: 10-02-2015, kamerstukken: 34035)
- Inwerkingtreding
01-09-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-01-2015, Stb. 2015, 51 (uitgifte: 04-03-2015, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Studiefinanciering
Onderwijsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Indien een herzieningsbeschikking als bedoeld in artikel 7.1, eerste en tweede lid, of een beslissing op bezwaar daartoe aanleiding geeft, wordt het bedrag van de basisbeurs of aanvullende beurs dat teveel is uitbetaald, door de betrokkene terugbetaald of met hem verrekend. Tevens vindt verrekening plaats van de bedragen, bedoeld in de artikelen 3.27, tweede lid, en 3.29, eerste lid.
2.
Indien een herzieningsbeschikking als bedoeld in artikel 7.1, eerste en tweede lid, of een beslissing op bezwaar daartoe aanleiding geeft, wordt voor zover het bedrag waarvoor het recht om een lening af te sluiten te hoog is toegekend, het deel dat te hoog is toegekend en uitbetaald door de betrokkene terugbetaald of met hem verrekend.
3.
Indien een herzieningsbeschikking als bedoeld in artikel 7.1 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten, of een beslissing op bezwaar daartoe aanleiding geeft, wordt het bedrag aan tegemoetkoming dat teveel is uitbetaald, door de betrokkene terugbetaald of met hem verrekend.
4.
Indien na een voorlopige voorziening als bedoeld in titel 8.3 van de Algemene wet bestuursrecht, de beslissing in hoofdzaak daartoe aanleiding geeft, wordt het bedrag dat op grond van de voorlopige voorziening teveel is uitbetaald, door de betrokkene terugbetaald of met hem verrekend.
5.
De in het eerste tot en met vierde lid bedoelde terugbetaling, voor zover artikel 6.17 niet van toepassing is, en verrekening geschieden overeenkomstig bij ministeriële regeling vast te stellen redelijke terugbetalingsregels.
6.
Artikel 4:93, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing op deze wet.