Einde inhoudsopgave
Voorschrift Vreemdelingen 2000
Artikel 6.4
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2015
- Bronpublicatie:
11-12-2014, Stcrt. 2014, 36739 (uitgifte: 18-12-2014, regelingnummer: 593764)
- Inwerkingtreding
01-01-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-12-2014, Stcrt. 2014, 36739 (uitgifte: 18-12-2014, regelingnummer: 593764)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Grensbewaking
Vreemdelingenrecht / Verblijf
Vreemdelingenrecht (V)
1.
De kennisgeving, bedoeld in artikel 62a, eerste lid, van de Wet, wordt gegeven door de daartoe bevoegde ambtenaar van de Immigratie- en Naturalisatiedienst, de daartoe bevoegde ambtenaar van de Dienst Terugkeer en Vertrek of de ambtenaar, bedoeld in artikel 2, onder b, van de Politiewet 2012, die is aangewezen als buitengewoon opsporingsambtenaar en belast is met de uitvoering van wettelijke voorschriften gesteld bij of krachtens de Vreemdelingenwet 2000, dan wel door de ambtenaar, bedoeld in artikel 47, eerste lid, onder a of b, van de Wet.
2.
Indien de kennisgeving, bedoeld in artikel 62a, eerste lid, van de Wet, wordt gegeven, wordt de vreemdeling in een taal die de vreemdeling begrijpt of redelijkerwijze geacht mag worden te begrijpen mondeling of schriftelijk op de inhoud en de rechtsgevolgen daarvan gewezen, en wordt de vreemdeling gewezen op de mogelijkheid daartegen rechtsmiddelen aan te wenden.