Wet rechtspositie Raad van State, Algemene Rekenkamer en Nationale ombudsman
Artikel 3a
Geldend
Geldend vanaf 10-07-2021
- Bronpublicatie:
23-06-2021, Stb. 2021, 328 (uitgifte: 09-07-2021, kamerstukken: 35548)
- Inwerkingtreding
10-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-06-2021, Stb. 2021, 328 (uitgifte: 09-07-2021, kamerstukken: 35548)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Staatsinrichting
1.
Een Nationale ombudsman of een substituut-ombudsman die naar het oordeel van een arts een structurele functionele beperking heeft, kan aanspraak maken op een voorziening als bedoeld in artikel 35, tweede en derde lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen dan wel een financiële vergoeding daarvoor.
2.
Het gestelde bij of krachtens artikel 35, vijfde lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen is van overeenkomstige toepassing.