Einde inhoudsopgave
RvdW 2015/181
Overschrijding redelijke termijn in cassatie.
HR 13-01-2015, ECLI:NL:HR:2015:49
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
13 januari 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma
- Zaaknummer
13/03199
- Conclusie
A-G mr. P.C. Vegter
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:49, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑01‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:2539, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑11‑2014
Essentie
Overschrijding redelijke termijn in cassatie.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, Economische Kamer, van 23 april 2013, nummer 20/002570-12, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv. mr. W.J.W. van Eijk, te 's-Hertogenbosch.
Conclusie
Conclusie A-G mr. P.C. Vegter:
1.
Het Gerechtshof te ’s-Hertogenbosch heeft bij arrest van 23 april 2013 wegens het onder 1 subsidiair en 4. tenlastegelegde telkens ‘het medeplegen van een overtreding van een voorschrift gesteld bij art. 8.1, tweede lid, in verbinding met art. 8.1, eerste lid, van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.