Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/1025
Prejudiciële beslissing op voet art. 392 Rv. Verbintenissenrecht. Huurrecht. Ontbinding overeenkomst; verhouding tussen hoofdregel en tenzij-bepaling van art. 6:265 lid 1 BW; tekortkoming van voldoende gewicht; verdeling stelplicht- en bewijslast; afweging alle omstandigheden van het geval. Bijzondere eisen bij huur sociale woonruimte? Beoordeling in geval van verstek.
HR 28-09-2018, ECLI:NL:HR:2018:1810 (Tenzij-arrest)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
28 september 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
18/00855
- Conclusie
A-G mr. M.H. Wissink
- Roepnaam
Tenzij-arrest
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Huurrecht / Huur van woonruimte
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1810, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑09‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:787, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑07‑2018
- Wetingang
Essentie
Prejudiciële beslissing op voet art. 392 Rv. Verbintenissenrecht. Huurrecht. Ontbinding overeenkomst; verhouding tussen hoofdregel en tenzij-bepaling van art. 6:265 lid 1 BW; tekortkoming van voldoende gewicht; verdeling stelplicht- en bewijslast; afweging alle omstandigheden van het geval. Bijzondere eisen bij huur sociale woonruimte? Beoordeling in geval van verstek.
Onjuist is de opvatting dat de in de tenzij-bepaling neergelegde uitzondering op de hoofdregel dat iedere tekortkoming de schuldeiser de bevoegdheid geeft de overeenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden, slechts ‘bij uitzondering’ toegepast kan worden of op een ‘zeldzaam’ geval betrekking heeft. De hoofdregel en de tenzij-bepaling ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.