Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/581
Verbintenissenrecht. Vervalste verklaring; gebondenheid; maatstaf; gedeeltelijke toerekening; voorzorgsmaatregelen; stelplicht. Bevrijdende betaling (art. 6:34 BW)?
HR 28-05-2021, ECLI:NL:HR:2021:783
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 mei 2021
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
19/05345
- Conclusie
A-G mr. B.F. Assink
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:783, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑05‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:1128, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 27‑11‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑11‑2019
- Wetingang
Essentie
Verbintenissenrecht. Vervalste verklaring; gebondenheid; maatstaf; gedeeltelijke toerekening; voorzorgsmaatregelen; stelplicht. Bevrijdende betaling (art. 6:34 BW)?
Samenvatting
Wanneer iemand door zich valselijk als een ander voor te doen iets voor die ander verklaart — in deze zaak het aanwijzen van een bankrekening voor betaling — geldt als uitgangspunt dat die ander zich tegen degene tot wie de verklaring is gericht (hierna: de geadresseerde), erop kan beroepen dat de verklaring niet van hem afkomstig is, ook wanneer de geadresseerde heeft aangenomen en redelijkerwijze mocht aannemen dat de verklaring wel van die ander afkomstig was. Uit het beginsel dat ten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.