Einde inhoudsopgave
RvdW 2023/654
Arbeidsrecht. Ontbinding arbeidsovereenkomst o.g.v. ernstig verwijtbaar handelen werknemer; niet toekennen transitievergoeding onaanvaardbaar naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid (art. 7:673 lid 8 BW)?; motivering; betekenis persoonlijke omstandigheden werknemer.
HR 09-06-2023, ECLI:NL:HR:2023:883
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 juni 2023
- Magistraten
Mrs. T.H. Tanja-van den Broek, H.M. Wattendorff, G.C. Makkink
- Zaaknummer
22/03462
- Conclusie
A-G mr. B.J. Drijber
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:883, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑06‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:265, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑03‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑09‑2022
- Wetingang
Art. 7:673 BW
Essentie
Arbeidsrecht. Ontbinding arbeidsovereenkomst o.g.v. ernstig verwijtbaar handelen werknemer; niet toekennen transitievergoeding onaanvaardbaar naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid (art. 7:673 lid 8 BW)?; motivering; betekenis persoonlijke omstandigheden werknemer.
Samenvatting
Indien het eindigen of niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer, is de transitievergoeding niet verschuldigd, zij het dat de rechter de transitievergoeding geheel of gedeeltelijk kan toekennen indien het niet toekennen ervan naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is (art. 7:673 lid 7 aanhef en onder c, en lid 8 BW). ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.