Einde inhoudsopgave
Burgerlijk Wetboek BES Boek 2
Artikel 37
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van het Burgerlijk Wetboek Boek 2, zoals gewijzigd bij de Aanpassingswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (17-05-2010, Stb. 350) en de Aanpassingsregeling BES-wetten (28-09-2010, Stcrt. 15040). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
27-09-2010, Stb. 2010, 494 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
1.
Voor de oprichting van een rechtspersoon, die bij notariële akte moet worden opgericht, zijn de oprichters aan de Staat een vast recht verschuldigd. De hoogte van het vast recht wordt vastgesteld bij ministeriële regeling.
2.
Het vast recht wordt ten behoeve van de Staat door de notaris voor wie de akte van oprichting wordt verleden geïnd. Indien een notaris nalaat het vast recht te innen, is hij niettemin afdrachtsplichtig.
3.
Het vast recht wordt op aangifte afgedragen binnen dertig dagen na de dag dat de akte van oprichting is verleden. De aangifte wordt gedaan door het aanbieden van de akte van oprichting.
4.
De aangifte wordt gelijktijdig met de betaling gedaan bij de ontvanger, bedoeld in artikel 1.3, onderdeel k, van de Belastingwet BES in het openbaar lichaam Bonaire, Sint Eustatius of Saba waar de akte van oprichting is verleden.
5.
Invordering geschiedt overeenkomstig afdeling 3 van titel 5 van hoofdstuk VIII van de Belastingwet BES.
6.
Het bepaalde in het eerste tot en met het vijfde lid is van overeenkomstige toepassing bij wijziging van de statuten en bij omzetting van een naamloze of besloten vennootschap, met dien verstande dat het vast recht dan door de vennootschap verschuldigd is.