Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/608
Poging tot seksueel verleiden van minderjarige meisjes d.m.v. chat- en whatsappberichten en geven van sommen geld en andere giften door (voormalig) lid van Europees Parlement, art. 248a Sr. 1. Verwerping onbetrouwbaarheidsverweer m.b.t. verklaringen van één van de aangeefsters. 2. Bewijsklachten. 3. Verbeurdverklaring blocnote en handgeschreven brief. HR: art. 81 lid 1 RO.
HR 21-04-2020, ECLI:NL:HR:2020:716
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 april 2020
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
18/03852
- Conclusie
A-G mr. A.E. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:716, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑04‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:397, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑03‑2020
Essentie
Poging tot seksueel verleiden van minderjarige meisjes d.m.v. chat- en whatsappberichten en geven van sommen geld en andere giften door (voormalig) lid van Europees Parlement, art. 248a Sr. 1. Verwerping onbetrouwbaarheidsverweer m.b.t. verklaringen van één van de aangeefsters. 2. Bewijsklachten. 3. Verbeurdverklaring blocnote en handgeschreven brief. HR: art. 81 lid 1 RO.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 18/03852
Datum 21 april 2020
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag van 7 augustus 2018, nummer 22/005483-15, in de strafzaak
tegen
[verdachte], ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.