Einde inhoudsopgave
RvdW 2020/1141
Bezwaarschrift tegen dagvaarding t.z.v. verdenking van zedenmisdrijven door voormalig plaatsvervangend hoofd OvJ functioneel parket, art. 262 Sv. HR: art. 81.1 RO.
HR 13-10-2020, ECLI:NL:HR:2020:1553
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
13 oktober 2020
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, Y. Buruma, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
20/01481
- Conclusie
P-G mr. J. Silvis
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1553, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 13‑10‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:768, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑09‑2020
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 20/01481 B
Datum 13 oktober 2020
BESCHIKKING
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van het gerechtshof Den Haag van 5 maart 2020, nummer AV 000079-20, op een bezwaarschrift als bedoeld in artikel 262 van het Wetboek van Strafvordering, ingediend
door
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1973,
hierna: de verdachte.