Einde inhoudsopgave
RvdW 2019/1235
Beklag, beslag ex art. 94 Sv in 2005 op € 1.024.500 onder ander dan klaagster t.z.v. heling en/of witwassen. Hof heeft klaagschrift, dat zich keert tegen uitblijven van last tot teruggave aan klaagster van het geldbedrag, waarvan strafrechter in strafzaak van beslagene de bewaring t.b.v. de rechthebbende heeft gelast, ongegrond verklaard. Oordeel van hof dat klaagster niet redelijkerwijs als rechthebbende van het geldbedrag kan worden aangemerkt, niet onbegrijpelijk en toereikend gemotiveerd.
HR 19-11-2019, ECLI:NL:HR:2019:1814
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 november 2019
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, Y. Buruma, M.J. Borgers
- Zaaknummer
18/04547
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1814, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑11‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:832, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑08‑2019
Essentie
Beklag, beslag ex art. 94 Sv in 2005 op € 1.024.500 onder ander dan klaagster t.z.v. heling en/of witwassen. Hof heeft klaagschrift, dat zich keert tegen uitblijven van last tot teruggave aan klaagster van het geldbedrag, waarvan strafrechter in strafzaak van beslagene de bewaring t.b.v. de rechthebbende heeft gelast, ongegrond verklaard. Oordeel van hof dat klaagster niet redelijkerwijs als rechthebbende van het geldbedrag kan worden aangemerkt, niet onbegrijpelijk en toereikend gemotiveerd.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer 18/04547
Datum 19 november 2019
BESCHIKKING
op het beroep in cassatie tegen een beschikking van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.