Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2006/44/EG betreffende de kwaliteit van zoet water dat bescherming of verbetering behoeft teneinde geschikt te zijn voor het leven van vissen
Bijlage II Specifieke indicaties voor totaal zink en opgelost koper
Geldend
Geldend vanaf 15-10-2006
- Bronpublicatie:
06-09-2006, PbEU 2006, L 264 (uitgifte: 25-09-2006, regelingnummer: 2006/44/EG)
- Inwerkingtreding
15-10-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-09-2006, PbEU 2006, L 264 (uitgifte: 25-09-2006, regelingnummer: 2006/44/EG)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Totaal zink
(Zie bijlage I, nr. 13, kolom ‘Opmerkingen’)
Concentraties totaal zink (mg/l Zn) die overeenstemmen met verschillende waarden van de hardheid van het water tussen 10 en 500 mg/l CaCO3:
Hardheid van het water (mg/l CaCO3) | ||||
---|---|---|---|---|
10 | 50 | 100 | 500 | |
Water voor zalmachtigen (mg/l Zn) | 0,03 | 0,2 | 0,3 | 0,5 |
Water voor karperachtigen (mg/l Zn) | 0,3 | 0,7 | 1,0 | 2,0 |
Opgelost koper
(Zie bijlage I, nr. 14, kolom ‘Opmerkingen’)
Concentraties van opgelost koper (mg/l Cu) die overeenstemmen met verschillende waarden van de hardheid van het water tussen 10 en 300 mg/l CaCO3:
Hardheid van het water (mg/l CaCO3) | ||||
---|---|---|---|---|
10 | 50 | 100 | 300 | |
mg/l Cu | 0,005 1. | 0,022 | 0,04 | 0,112 |
Voetnoten
De aanwezigheid van vis in water dat hogere koperconcentraties bevat, kan erop wijzen dat oplosbare organische kopercomplexen domineren.