Einde inhoudsopgave
Europese Overeenkomst nopens de arbeidsvoorwaarden voor de bemanningen van motorrijtuigen in het internationale vervoer over de weg (AETR)
Artikel 5 Bemanning
Geldend
Geldend vanaf 24-04-1992
- Bronpublicatie:
24-07-1991, Trb. 1994, 123 (uitgifte: 01-01-1994, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
24-04-1992
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
02-10-1992, Trb. 1992, 145 (uitgifte: 01-01-1992, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Vervoersrecht / Wegvervoer
1.
De minimumleeftijd van de bij het vervoer van goederen betrokken bestuurders bedraagt
- a.
voor voertuigen, daaronder begrepen, indien van toepassing, aanhangwagens of opleggers, waarvan het toelaatbare maximum totaalgewicht 7,5 ton niet te boven gaat, achttien jaar;
- b.
voor andere voertuigen: 21 jaar of 18 jaar, mits de betrokkene in het bezit is van een getuigschrift van vakbekwaamheid dat erkend is door een van de Overeenkomstsluitende Partijen en waaruit blijkt dat hij een opleiding voor vrachtautobestuurders heeft gevolgd. De Overeenkomstsluitende Partijen informeren elkaar over het nationale minimale opleidingsniveau dat in hun land is vereist en over de andere relevante voorwaarden die van toepassing zijn op vrachtautobestuurders in internationaal vervoer overeenkomstig de bepalingen van deze Overeenkomst.
2.
Bestuurders die tewerkgesteld zijn bij het vervoer van personen dienen de leeftijd van 21 jaar te hebben bereikt.
Bestuurders die tewerkgesteld zijn bij het vervoer van personen op trajecten buiten een straal van 50 kilometer vanaf de gebruikelijke standplaats van het voertuig dienen tevens aan een van de volgende voorwaarden te voldoen:
- a.
gedurende ten minste een jaar gewerkt hebben als bestuurder betrokken bij het vervoer van goederen met voertuigen waarvan het toelaatbare maximum totaalgewicht 3,5 ton te boven gaat;
- b.
gedurende ten minste een jaar gewerkt hebben als bestuurder betrokken bij het personenvervoer op trajecten binnen een straal van 50 kilometer vanaf de gebruikelijke standplaats van het voertuig, of bij andere vormen van personenvervoer die niet onder deze Overeenkomst vallen, mits de bevoegde autoriteit van mening is dat zij daardoor de vereiste ervaring hebben opgedaan;
- c.
houder zijn van een getuigschrift van vakbekwaamheid dat is erkend door een van de Overeenkomstsluitende Partijen en waaruit blijkt dat hij een opleiding heeft voltooid voor bestuurders van voertuigen die zijn bestemd voor het vervoer van personen over de weg.