Einde inhoudsopgave
Gedelegeerde Verordening (EU) 2020/692 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/429 wat betreft regels voor de binnenkomst in de Unie en het na binnenkomst verplaatsen van en werken met zendingen van bepaalde dieren, levende producten en producten van dierlijke oorsprong
Artikel 74 Identificatie van honden, katten en fretten
Geldend
Geldend vanaf 25-09-2021
- Bronpublicatie:
14-07-2021, PbEU 2021, L 339 (uitgifte: 24-09-2021, regelingnummer: 2021/1705)
- Inwerkingtreding
25-09-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-07-2021, PbEU 2021, L 339 (uitgifte: 24-09-2021, regelingnummer: 2021/1705)
- Vakgebied(en)
Dierenrecht / Bijzondere onderwerpen
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Dierenrecht / Veehouderij
Dierenrecht / Dierenwelzijn
1.
De binnenkomst in de Unie van zendingen honden, katten en fretten wordt alleen toegestaan indien elk dier in de zending individueel is geïdentificeerd door middel van een injecteerbare transponder, zoals vermeld in punt e) van bijlage III bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/2035, die door een dierenarts is geïmplanteerd en die aan de technische voorschriften in bijlage II bij Verordening (EU) nr. 576/2013 voldoet.
2.
Wanneer de in lid 1 bedoelde geïmplanteerde injecteerbare transponder niet aan de in dat lid bedoelde technische specificaties voldoet, verstrekt de exploitant die verantwoordelijk is voor de binnenkomst in de Unie van de zending het leesapparaat dat het mogelijk maakt de individuele identificatie van het dier op elk moment te verifiëren.