Bevrijdende verweren
Einde inhoudsopgave
Bevrijdende verweren (BPP nr. XXII) 2023/128:128 Inleiding
Bevrijdende verweren (BPP nr. XXII) 2023/128
128 Inleiding
Documentgegevens:
H.W.B. thoe Schwartzenberg, datum 27-01-2023
- Datum
27-01-2023
- Auteur
H.W.B. thoe Schwartzenberg
- JCDI
JCDI:ADS691454:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
HR 17 november 2000, ECLI:NL:HR:2000:AA8363, NJ 2001/580 met nt. Jac. Hijma (Breezand/Veere).
Eiser kan stellen dat hij per abuis tweemaal een factuur heeft betaald of per vergissing een 0 (nul) heeft toegevoegd.
Mogelijk stelt eiser dat zijn betaling, die aanvankelijk met rechtsgrond geschiedde (op grond van de tussen partijen vastgelegde afspraken), op grond van later gebleken feiten onverschuldigd bleek te zijn (grondslag is komen te ontvallen: ongedaanmaking, geen titel etc.).
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Uit de regel van materieel recht (de grondslag van de vordering) kan worden afgeleid welke elementen nodig zijn om het ingeroepen rechtsgevolg van onverschuldigde betaling teweeg te brengen. Op eiser rusten stelplicht en bewijslast met betrekking tot de feiten waaruit het ontbreken van de rechtsgrond voor de betalingen kan worden afgeleid (art. 6:203 BW).
Eiser beroept zich op de rechtsgevolgen daarvan, te weten ongedaanmaking van die betaling. Er mag op het moment van presteren geen rechtsgrond aanwijsbaar zijn die het verrichten van de prestatie rechtvaardigt.1 Een betaling geschiedt zonder rechtsgrond indien er geen verbintenis is,2 de verbintenis niet tussen de betrokken personen geldt, de verbintenis met terugwerkende kracht is komen te vervallen dan wel bij vonnis wordt vernietigd.3