Einde inhoudsopgave
Het voorlopig getuigenverhoor (BPP nr. XVII) 2015/212
212 Bijzondere bepalingen voor de partij-getuige
Mr. E.F. Groot, datum 01-01-2015
- Datum
01-01-2015
- Auteur
Mr. E.F. Groot
- JCDI
JCDI:ADS455839:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Voetnoten
Voetnoten
Wieten 2014, nr. 5.8 en 5.10.
Hieronder wordt verstaan: weigeren de eed of de belofte af te leggen, weigeren te antwoorden op gestelde vragen en weigeren de verklaring te ondertekenen. Van Nispen 2014 (T&C Rv), art. 165, aant. 2 en art. 173, aant. 1.
HR 6 april 2012, ECLI:NL:HR:2012:BV3403, NJ 2012, 363, m.nt. A.I.M. van Mierlo en JBPr 2012, 51, m.nt. J.E.P.A. van Hooff. Zie eerder in dezelfde zin: Rb. Breda (vzr) 9 november 2006, ECLI:NL:RBBRE:2006:AZ2084, JBPr 2007, 53 en NJF 2007, 5. De gewone getuige kan volgens HR 18 mei 1979, ECLI:NL:HR:1979:AC6585, NJ 1980, 213, m.nt. W.H. Heemskerk (Hulskorte/Van der Lek) in kort geding worden veroordeeld om te getuigen op straffe van een dwangsom.
PG Bewijsrecht 1988, p. 274-275.
Art. 192 lid 1 Sr bestraft het opzettelijk niet voldoen aan een wettelijke verplichting door een wettelijk, in een civiele procedure opgeroepen getuige met gevangenisstraf van ten hoogste vier maanden of een geldboete van de tweede categorie. Voor de partij-getuige geldt echter een bijzondere strafuitsluitingsgrond (lid 3). De wettelijke verplichtingen waaraan een getuige moet voldoen, staan in verschillende wetten, bijvoorbeeld Rv.
Voor de partij-getuige geldt een aantal bijzondere bepalingen.1 Ten eerste kan de partij-getuige die weigert zijn verklaring af te leggen2 niet worden gegijzeld (art. 189 jo. 173 lid 1 Rv) en ook geen dwangsom opgelegd krijgen.3 Ten tweede kan de rechter het verhoor van een partij-getuige niet opdragen aan een rechter van gelijke rang van de woonplaats van de partij-getuige (art. 189 jo. 174 lid 2 Rv).4 Het lijkt mij dat de partij-getuige, die verhinderd is om bijvoorbeeld vanwege ziekte of ouderdom naar het gerechtsgebouw te komen, wel een beroep kan doen op art. 175 Rv. Ten derde mag de partij-getuige aanwezig zijn tijdens de verhoren van de andere getuigen, ook als hij zelf nog niet is gehoord (art. 189 jo. 179 lid 1 Rv). Partijen kunnen elkaar vragen stellen, maar dit recht op vragenstellen kan niet worden uitgeoefend als een partij als getuige wordt gehoord (art. 189 jo. 179 lid 3 Rv). Deze partij is dan in de eerste plaats getuige en treedt op dat moment niet op als partij.5 Ten vierde is de bewijskracht van de partij-getuigenverklaring beperkt, althans voor zover het gaat om feiten waarvoor die partij het bewijsrisico draagt (art. 189 jo. 164 lid 2 Rv). Zie over bewijskracht verder paragraaf 5.14. Tenslotte kan de partij-getuige die weigert een verklaring af te leggen geen gevangenisstraf opgelegd krijgen (art. 192 lid 3 Sr).6