Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2011/36/EU inzake de voorkoming en bestrijding van mensenhandel en de bescherming van slachtoffers daarvan, en ter vervanging van Kaderbesluit 2002/629/JBZ van de Raad
Artikel 16
Geldend
Geldend vanaf 15-04-2011
- Bronpublicatie:
05-04-2011, PbEU 2011, L 101 (uitgifte: 15-04-2011, regelingnummer: 2011/36/EU)
- Inwerkingtreding
15-04-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-04-2011, PbEU 2011, L 101 (uitgifte: 15-04-2011, regelingnummer: 2011/36/EU)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal strafrecht / Internationale misdrijven
1.
De lidstaten nemen de nodige maatregelen opdat in de specifieke handelingen voor bijstand en ondersteuning van minderjarige slachtoffers van mensenhandel als bedoeld in artikel 14, lid 1, terdege rekening wordt gehouden met de persoonlijke en bijzondere situatie van het niet-begeleide minderjarige slachtoffer.
2.
De lidstaten nemen de nodige maatregelen met het oog op het vinden van een duurzame oplossing op basis van een individuele beoordeling van de belangen van de minderjarige.
3.
De lidstaten nemen de nodige maatregelen opdat in voorkomend geval een voogd voor de niet-begeleide minderjarige slachtoffers van mensenhandel wordt aangewezen.
4.
De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat tijdens het strafonderzoek en de strafprocedure, overeenkomstig de rol die in hun rechtsstelsel aan het slachtoffer wordt toebedeeld, de bevoegde autoriteiten een vertegenwoordiger aanwijzen ingeval de minderjarige niet begeleid is of van zijn familie is gescheiden.
5.
Dit artikel is van toepassing onverminderd het bepaalde in de artikelen 14 en 15.