Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/444
Kort geding. Vordering verhuurder V&D-winkelpand tot betaling huurachterstand na buitengerechtelijk akkoord V&D met andere schuldeisers; misbruik van bevoegdheid?; aansluiting bij maatstaf voor toewijzing vordering tot medewerking aan buitengerechtelijk akkoord?
HR 24-03-2017, ECLI:NL:HR:2017:485
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
24 maart 2017
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.H.T. Heisterkamp, M.V. Polak, C.E. du Perron, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
16/01148
- Conclusie
A-G mr. E.B. Rank-Berenschot
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Algemeen
Insolventierecht / Faillissement
Huurrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:485, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 24‑03‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:4, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑01‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑02‑2016
- Wetingang
Art. 3:13 BW; art. 254 Rv
Essentie
Kort geding. Vordering verhuurder V&D-winkelpand tot betaling huurachterstand na buitengerechtelijk akkoord V&D met andere schuldeisers; misbruik van bevoegdheid?; aansluiting bij maatstaf voor toewijzing vordering tot medewerking aan buitengerechtelijk akkoord?
Het stond het hof vrij om het verweer van V&D dat Mondia op grond van misbruik van bevoegdheid geen aanspraak kan maken op de door haar gevorderde betaling, te betrekken in zijn oordeelsvorming over de vraag of Mondia het bestaan van haar vordering voldoende aannemelijk had gemaakt met het oog op toewijzing daarvan in kort geding.
Het staat een schuldeiser in beginsel vrij om een hem door de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.