Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/255
Wet Bopz. Onderzoek door psychiater als bedoeld in art. 5 lid 1 Wet Bopz; recht op bijstand tolk tijdens onderzoek?; taak psychiater; taak rechter.
HR 03-02-2017, ECLI:NL:HR:2017:165
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
3 februari 2017
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
16/04438
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:165, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 03‑02‑2017
ECLI:NL:PHR:2016:1455, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑11‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑09‑2016
- Wetingang
Essentie
Wet Bopz. Onderzoek door psychiater als bedoeld in art. 5 lid 1 Wet Bopz; recht op bijstand tolk tijdens onderzoek?; taak psychiater; taak rechter.
Noch art. 5 lid 1 Wet Bopz noch enig ander voorschrift van de Wet Bopz bepaalt dat de betrokkene die de Nederlandse taal niet of onvoldoende beheerst, recht heeft op bijstand van een tolk tijdens het onderzoek als bedoeld in art. 5 lid 1 Wet Bopz. Dat onderzoek dient zoveel mogelijk plaats te vinden in een voor de betrokkene begrijpelijke taal. Het is aan de psychiater om daarop toe te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.