Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake de grensoverschrijdende politiële samenwerking en de samenwerking in strafrechtelijke aangelegenheden
Bijlage I
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2006
- Redactionele toelichting
Deze bijlage is gecorrigeerd via een rectificatie (Trb. 2005, 241).
- Bronpublicatie:
02-03-2005, Trb. 2005, 86 (uitgifte: 18-04-2005, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-08-2006, Trb. 2006, 175 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
bij het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake de grensoverschrijdende politiële samenwerking en de samenwerking in strafrechtelijke aangelegenheden
1
Bevoegde autoriteiten voor het Koninkrijk der Nederlanden als bedoeld in artikel 3, eerste lid, zijn:
- a.
voor de samenwerking op verzoek als bedoeld in artikel 7, tweede lid, alle autoriteiten die met de uitoefening van diverse politietaken zijn belast;
- b.
voor de samenwerking op verzoek als bedoeld in artikel 7, derde lid, de autoriteiten die met de uitoefening van diverse politietaken zijn belast alsmede het Openbaar Ministerie en de met de uitvoering van het Verdrag belaste ministeries;
- c.
voor de samenwerking op verzoek als bedoeld in artikel 7, vierde lid, eerste zin, het Korps landelijke politiediensten (Klpd), dienst Internationale netwerken;
- d.
voor de samenwerking op verzoek als bedoeld in artikel 7, vierde lid, tweede zin, de autoriteiten die met de uitoefening van diverse politietaken in de grensstreken zijn belast;
- e.
voor de inontvangstneming van verzoeken tot bewijsgaring in spoedeisende gevallen als bedoeld in artikel 8, eerste lid, en voor de verstrekking van informatie over de indiening van een verzoek als bedoeld in het derde lid als bevoegde justitiële autoriteit het relatief bevoegde Openbaar Ministerie; toezending geschiedt via het relatief bevoegde Internationaal Rechtshulpcentrum (IRC);
- f.
voor de indiening en inontvangstneming van verzoeken tot bewijsgaring in spoedeisende gevallen als bedoeld in artikel 8, eerste lid, als bevoegde politieautoriteit alle autoriteiten die met de uitoefening van diverse politietaken zijn belast;
- g.
voor de indiening van een formeel rechtshulpverzoek houdende toezending van de resultaten van verzoeken tot bewijsgaring in spoedeisende gevallen alsmede voor de verlening van toestemming voor een dergelijke toezending als bedoeld in artikel 8, vijfde lid, het relatief bevoegde Openbaar Ministerie; toezending geschiedt via het relatief bevoegde Internationaal Rechtshulpcentrum (IRC);
- h.
voor de toezending van een verzoek en het antwoord hierop als bedoeld in artikel 10, derde lid, alle ambtenaren die met de uitoefening van diverse politietaken zijn belast; toezending geschiedt via het relatief bevoegde Internationaal Rechtshulpcentrum (IRC);
- i.
voor verzoeken houdende grensoverschrijdende observaties als bedoeld in artikel 11, vierde lid, het Landelijk Parket; toezending geschiedt via het Landelijk Internationaal Rechtshulpcentrum (LIRC);
- j.
voor de toezending van verzoeken houdende grensoverschrijdende observaties als bedoeld in artikel 11, vijfde lid, als centrale landelijke politiedienst het Korps landelijke politiediensten (Klpd), meldpunt voor grensoverschrijdende observaties;
- k.
voor de toezending van verzoeken houdende grensoverschrijdende observaties als bedoeld in artikel 11, vijfde lid, als politieautoriteiten belast met de leiding van de operatie alle autoriteiten die met de uitoefening van diverse politietaken zijn belast; toezending geschiedt via het relatief bevoegde Internationaal Rechtshulpcentrum (IRC);
- l.
als te informeren instantie bij verzoeken houdende grensoverschrijdende observaties als bedoeld in artikel 11, zesde lid, het Korps landelijke politiediensten (Klpd), meldpunt voor grensoverschrijdende observaties;
- m.
als te informeren instantie bij grensoverschrijdende observaties als bedoeld in artikel 11, zevende lid, de meldpunten in de grensregio's;
- n.
voor de verlening van toestemming voor het gebruik van technische middelen als bedoeld in artikel 11, elfde lid, de Landelijk Officier van Justitie voor grensoverschrijdende observatie;
- o.
als te informeren instantie bij grensoverschrijdende achtervolging als bedoeld in artikel 12, tweede lid, het Korps landelijke politiediensten (Klpd), meldpunt voor grensoverschrijdende achtervolging;
- p.
voor verzoeken tot verlening van toestemming voor gecontroleerde uitvoeren als bedoeld in artikel 13, achtste lid, het Landelijk Parket; toezending geschiedt via het Landelijk Internationaal Rechtshulpcentrum (LIRC);
- q.
voor het overleg over de uitvoering van infiltratie als bedoeld in artikel 14, derde lid, het Landelijk Parket; toezending geschiedt via het Landelijk Internationaal Rechtshulpcentrum (LIRC);
- r.
voor verzoeken tot uitvoering van infiltratie als bedoeld in artikel 14, negende lid, het Korps landelijke politiediensten (Klpd), dienst Specialistische Recherche Toepassingen;
- s.
voor de verstrekking van informatie na uitvoering van infiltratie als bedoeld in artikel 14, tiende lid, het Landelijk Parket; toezending geschiedt via het Landelijk Internationaal Rechtshulpcentrum (LIRC);
- t.
voor observaties ter preventie van een strafbaar feit waarvoor de mogelijkheid tot uitlevering bestaat als bedoeld in artikel 16, eerste lid, nummer 1, en derde lid het Landelijk Parket; toezending geschiedt via het Landelijk Internationaal Rechtshulpcentrum (LIRC);
- u.
voor achtervolgingen bij bijzondere politiecontroles als bedoeld in artikel 17, derde lid, de centrales in de grensregio's;
- v.
voor infiltratie ter preventie van strafbare feiten van aanzienlijk belang waarvoor de mogelijkheid tot uitlevering bestaat als bedoeld in artikel 18, tweede lid, het Korps landelijke politiediensten (Klpd), dienst Specialistische Recherche Toepassingen;
- w.
voor vormen van gemeenschappelijke operaties met het oog op de handhaving van de openbare orde en veiligheid of ter preventie van strafbare feiten als bedoeld in artikel 19, de korpschefs van de regionale politieautoriteiten en de Hoofdofficieren van Justitie alsmede de bevelhebber van de Koninklijke Marechaussee (Kmar);
- x.
voor de uitwisseling van informatie met het oog op de handhaving van de openbare orde en veiligheid of ter preventie van strafbare feiten als bedoeld in artikel 20, alle autoriteiten die met politietaken zijn belast;
- y.
voor voorlopige grensoverschrijdende maatregelen ter afwending van een acuut gevaar voor gezondheid of leven als bedoeld in artikel 21, alle autoriteiten die met politietaken zijn belast;
- z.
voor de verstrekking van informatie als bedoeld in artikel 27, eerste lid, de centrales in de grensregio's.
2
Bevoegde autoriteiten in het Koninkrijk der Nederlanden als bedoeld in artikel 39, tweede lid, zijn:
- a.
als te informeren instantie bij grensoverschrijdende achtervolging als bedoeld in artikel 39, derde lid jo. artikel 12, tweede lid, het Douane Informatie Centrum;
- b.
voor achtervolgingen bij controles in het kader van de uitoefening van taken overeenkomstig artikel 1, eerste lid, van de Napels II-overeenkomst als bedoeld in artikel 39, derde lid jo. artikel 17, derde lid, het Douane Informatie Centrum;
- c.
voor het overleg over de uitvoering van infiltratie als bedoeld in artikel 39, derde lid jo. artikel 18, tweede lid en artikel 14, derde lid, het Landelijk Parket; toezending geschiedt via het Douane Informatie Centrum;
- d.
voor de verstrekking van informatie na uitvoering van infiltratie als bedoeld in artikel 39, derde lid jo. artikel 18, tweede lid, en artikel 14, tiende lid, het Landelijk Parket; toezending geschiedt via het Douane Informatie Centrum;
- e.
voor vormen van gemeenschappelijke operaties als bedoeld in artikel 39, derde lid jo. artikel 19, de diensthoofden van de bevoegde autoriteiten van de douaneadministratie, bedoeld in artikel 4, onder 7, van de Napels II-overeenkomst;
- f.
voor de verstrekking van informatie als bedoeld in artikel 39, derde lid jo. artikel 27, eerste lid, het Douane Informatie Centrum.