Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake de grensoverschrijdende politiële samenwerking en de samenwerking in strafrechtelijke aangelegenheden
Artikel 8 Verzoeken om veiligstelling van bewijsmateriaal in spoedeisende gevallen
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2006
- Bronpublicatie:
02-03-2005, Trb. 2005, 86 (uitgifte: 18-04-2005, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-08-2006, Trb. 2006, 175 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
In spoedeisende gevallen kunnen met inachtneming van het nationale recht verzoeken tot het veiligstellen van sporen en van bewijsmateriaal, inclusief het verrichten van onderzoek aan en in het lichaam, evenals tot doorzoeking en inbeslagneming worden ingediend door het Openbaar Ministerie en door de uitvoerende ambtenaren die in dergelijke gevallen naar nationaal recht bevoegd zijn tot het geven van onderzoeksbevelen. De verzoeken dienen rechtstreeks te worden gericht aan de bevoegde justitiële autoriteiten of politieautoriteiten. Voorzover verzoeken in dit kader mondeling zijn gedaan, worden deze zo spoedig mogelijk schriftelijk bevestigd.
2.
De afhandeling van het verzoek inclusief de toetsing of de voorwaarden voor spoedeisende gevallen zijn vervuld, geschiedt volgens het recht van de aangezochte Verdragsluitende Staat.
3.
Wanneer het verzoek, bedoeld in het eerste lid, niet is ingediend door een justitiële autoriteit, wordt de bevoegde justitiële autoriteit van de verzoekende Verdragsluitende Staat onverwijld van de indiening op de hoogte gesteld evenals van de bijzondere omstandigheden die tot de conclusie leiden dat het hierbij gaat om een spoedeisend geval.
4.
Voorzover het recht van de aangezochte Verdragsluitende Staat voor het gelasten of het handhaven van de maatregel op het grondgebied van de aangezochte Verdragsluitende Staat een gerechtelijk bevel vereist, wordt dit bevel of een dergelijke verklaring van de bevoegde gerechtelijke instantie overeenkomstig het recht van de verzoekende Verdragsluitende Staat zo spoedig mogelijk daarna ingediend. De Verdragsluitende Staten informeren elkaar over de relevante voorschriften in hun nationale wet- en regelgeving.
5.
Voor de toezending van de resultaten van de uitgevoerde maatregelen aan de verzoekende Verdragsluitende Staat is een verzoek om rechtshulp vereist dat afkomstig is van de bevoegde justitiële autoriteit. Wanneer de toezending van de resultaten van de uitgevoerde maatregelen met spoed dient te geschieden, kan de aangezochte autoriteit de resultaten rechtstreeks aan de verzoekende autoriteit toezenden, voorzover zulks volgens het nationale recht toelaatbaar is. Indien de aangezochte autoriteit geen justitiële autoriteit is, is voor de overdracht van de resultaten de voorafgaande toestemming van de naar nationaal recht bevoegde justitiële autoriteiten vereist.