Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/746
Caribische zaak: ambtelijke omkoping d.m.v. een belofte.
HR 29-06-2021, ECLI:NL:HR:2021:1031
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
29 juni 2021
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, M.J. Borgers, C. Caminada
- Zaaknummer
20/00170 C
- Conclusie
A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1031, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 29‑06‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:489, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑05‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑11‑2020
- Wetingang
Essentie
Caribische zaak: ambtelijke omkoping d.m.v. een belofte.
Samenvatting
Voor de vaststelling van het doen van een belofte als bedoeld in art. 2:128 lid 1, aanhef en onder a, Wetboek van Strafrecht van Sint Maarten is beslissend het enkele doen van die belofte. Niet vereist is dat de belofte de ambtenaar (of de ander aan wie de belofte wordt gedaan) heeft bereikt.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba van 13 november 2019, nummer H-114/2018, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.