Einde inhoudsopgave
RvdW 2006, 59
EHRM, 10-11-2005, nr. 54789/00
EHRM 10-11-2005, ECLI:NL:XX:2005:AU9997
- Instantie
Europees Hof voor de Rechten van de Mens
- Datum
10 november 2005
- Magistraten
Zupančič, Hedigan, Tsatsa-Nikolovska, Zagrebelsky, Björgvinsson, Ziemele, Thomassen
- Zaaknummer
54789/00
- LJN
AU9997
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal publiekrecht / Rechtshandhaving
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Strafprocesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:XX:2005:AU9997, Uitspraak, Europees Hof voor de Rechten van de Mens, 10‑11‑2005
- Wetingang
Essentie
Bocos-Cuesta tegen Nederland.
Schending van art. 6 lid 1 jo art. 6 lid 3 onder d.
Verklaringen van minderjarige slachtoffers zijn voor het bewijs gebezigd, terwijl de verdediging niet in de gelegenheid is geweest hen te (doen) horen.
EHRM stelt voorop dat de bescherming van de belangen van minderjarige getuigen in zedenzaken moet worden meegewogen bij de vraag of een verdachte een eerlijk proces heeft gehad. Aan de verdediging dient echter een aan de eisen van een behoorlijke en effectieve verdediging beantwoordende compensatie te worden geboden indien de mogelijkheid tot (rechtstreekse) ondervraging van het slachtoffer heeft ontbroken (S.N. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.