Einde inhoudsopgave
Akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie
Artikel 178 Tijdelijke maatregelen bij niet-naleving
Geldend
Geldend vanaf 01-02-2020
- Bronpublicatie:
24-01-2020, PbEU 2020, L 29 (uitgifte: 31-01-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-02-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
31-01-2020, PbEU 2020, L 29 (uitgifte: 31-01-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Algemeen
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
1.
Indien het arbitragepanel overeenkomstig Artikel 177, lid 2, oordeelt dat de verwerende partij de in Artikel 173 bedoelde uitspraak van het arbitragepanel niet heeft nageleefd, kan het op verzoek van de klagende partij bepalen dat aan de klagende partij een forfaitaire som of een dwangsom dient te worden betaald. Bij de vaststelling van de forfaitaire som of de dwangsom houdt het arbitragepanel rekening met de ernst en de duur van de niet-naleving en de onderliggende niet-nakoming van een verplichting.
2.
Indien de verwerende partij 1 maand na de in lid 1 bedoelde uitspraak van het arbitragepanel een forfaitaire som of een dwangsom die hem is opgelegd, niet heeft betaald of indien de verwerende partij 6 maanden na de in Artikel 177, lid 2, bedoelde uitspraak van het arbitragepanel volhardt in de niet-naleving van de in Artikel 173 bedoelde uitspraak van het arbitragepanel, is de klagende partij gerechtigd, na kennisgeving aan de verwerende partij, verplichtingen op te schorten die voortvloeien uit:
- a)
enige bepaling van dit akkoord anders dan die in deel twee; of
- b)
delen van een enig ander akkoord tussen de Unie en het Verenigd Koninkrijk onder de in dat akkoord vervatte voorwaarden.
In de kennisgeving worden de bepalingen vermeld die de klagende partij voornemens is op te schorten. Voordat de klagende partij besluit delen van een onder b) bedoeld akkoord op te schorten, overweegt de klagende partij eerst of de opschorting van de bepaling van dit akkoord overeenkomstig punt a) een passende reactie is op de niet-nakoming. De opschorting moet in verhouding staan tot de niet-nakoming van de betrokken verplichting, rekening houdende met de ernst van de niet-nakoming en de betrokken rechten en, wanneer de opschorting is gebaseerd op het feit dat de verwerende partij volhardt in de niet-naleving van de in Artikel 173 bedoelde uitspraak van het arbitragepanel, met het feit of aan de verwerende partij een dwangsom is opgelegd en deze door laatstgenoemde is of nog wordt betaald.
De klagende partij kan de opschorting op elk moment ten uitvoer leggen, maar niet eerder dan 10 dagen na de datum van de kennisgeving, tenzij de verwerende partij om arbitrage heeft verzocht krachtens lid 3.
3.
Indien de verwerende partij van mening is dat de omvang van de schorsing als vermeld in de in lid 2 bedoelde kennisgeving disproportioneel is, kan zij het oorspronkelijke arbitragepanel schriftelijk verzoeken om hierover uitspraak te doen. Van een dergelijk verzoek wordt aan de klagende partij kennis gegeven voor het verstrijken van de in lid 2 bedoelde termijn van 10 dagen. Het arbitragepanel stelt de Unie en het Verenigd Koninkrijk binnen 60 dagen na de indiening van het verzoek in kennis van zijn uitspraak hierover. De verplichtingen worden niet opgeschort voordat het arbitragepanel zijn uitspraak heeft medegedeeld en de opschorting moet in overeenstemming zijn met de uitspraak van het arbitragepanel.
4.
Ingeval het oorspronkelijke arbitragepanel, of een aantal leden daarvan, niet opnieuw bijeen kan komen om een verzoek krachtens lid 2 te beoordelen, wordt een nieuw arbitragepanel ingesteld overeenkomstig Artikel 171. In deze gevallen bedraagt de termijn voor de kennisgeving van de uitspraak 90 dagen, gerekend vanaf de datum waarop het nieuwe arbitragepanel is ingesteld.
5.
De opschorting van verplichtingen is van tijdelijke aard en wordt slechts toegepast totdat elke maatregel waarvan werd vastgesteld dat deze niet in overeenstemming is met de bepalingen van dit akkoord, is ingetrokken of gewijzigd, teneinde overeenstemming te bereiken met de bepalingen van dit akkoord, of totdat de Unie en het Verenigd Koninkrijk zijn overeengekomen het geschil op een andere wijze bij te leggen.