Einde inhoudsopgave
RvdW 2022/566
Art. 81 lid 1 RO. Arbeidsrecht. Vennootschapsrecht. Arbeidsovereenkomst directeur; ontslag; vernietiging; ontslagbescherming; vraag of directeur werkzaam was als statutair bestuurder, art. 2:244 BW; benoemingsbesluit, art. 2:242 lid 1 (oud) BW en art. 2:238 BW; uitleg; bewijslastverdeling, art. 150 Rv.
HR 03-06-2022, ECLI:NL:HR:2022:817
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
3 juni 2022
- Magistraten
Mrs. C.E. du Perron, F.J.P. Lock, G.C. Makkink
- Zaaknummer
21/01282
- Conclusie
A-G mr. T. Hartlief
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:817, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 03‑06‑2022
ECLI:NL:PHR:2022:31, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑01‑2022
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Arbeidsrecht. Vennootschapsrecht. Arbeidsovereenkomst directeur; ontslag; vernietiging; ontslagbescherming; vraag of directeur werkzaam was als statutair bestuurder, art. 2:244 BW; benoemingsbesluit, art. 2:242 lid 1 (oud) BW en art. 2:238 BW; uitleg; bewijslastverdeling, art. 150 Rv.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN CIVIELE KAMER Nummer 21/01282 Datum 3 juni 2022 ARREST In de zaak van INVESTINFUTURE HOLDING B.V., gevestigd te Hilversum, EISERES tot cassatie, hierna: IIF, advocaat: H.J.W. Alt, tegen [verweerder], wonende te [woonplaats], ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.