Einde inhoudsopgave
RvdW 2018/89
Bopz. Machtiging tot voortgezet verblijf (art. 18 lid 1 Wet Bopz). Vraag of betrokkene verblijft in psychiatrisch ziekenhuis in de zin van art. 1 Wet Bopz (HR 26 oktober 2007, ECLI:NL:HR:2007:BB4776).
HR 22-12-2017, ECLI:NL:HR:2017:3254
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 december 2017
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, M.V. Polak, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
17/04351
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:3254, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑12‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:1401, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑11‑2017
Essentie
Bopz. Machtiging tot voortgezet verblijf (art. 18 lid 1 Wet Bopz). Vraag of betrokkene verblijft in psychiatrisch ziekenhuis in de zin van art. 1 Wet Bopz (HR 26 oktober 2007, ECLI:NL:HR:2007:BB4776).
Partij(en)
22 december 2017
Eerste Kamer
17/04351
TT/EE
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[betrokkene],wonende te [woonplaats],
VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat: mr. C. Reijntjes-Wendenburg,
t e g e n
DE OFFICIER VAN JUSTITIE BIJ HET ARRONDISSEMENTSPARKET LIMBURG,
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als betrokkene en de officier van justitie.