Einde inhoudsopgave
RvdW 2007, 778
HR, 04-09-2007, nr. 02017/06 B
HR 04-09-2007, ECLI:NL:HR:2007:BA5840
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
4 september 2007
- Magistraten
Mrs. G.J.M. Corstens, W.A.M. van Schendel, J.W. Ilsink
- Zaaknummer
02017/06 B
- Conclusie
A-G Wortel
- LJN
BA5840
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BA5840, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑09‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BA5840, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 04‑09‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑08‑2006
- Wetingang
Sv art. 552a
Essentie
Gegrondverklaring beklag tegen inbeslagneming ondeugdelijk.
Klaagschrift tegen inbeslagneming. Hoewel de rechtbank beschikte over het politie proces-verbaal en aankondigde op basis daarvan het klaagschrift te zullen beoordelen, heeft zij het beklag deels gegrond verklaard omdat ‘het raadkamerdossier geen andere inhoudelijke stukken bevat dan het bezwaarschrift van de klager’. De bestreden beschikking berust dus op een ondeugdelijke grond.
Partij(en)
Beschikking op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank te 's‑Hertogenbosch van 24 maart 2006, parketnummer RK 05/1356, op een klaagschrift als bedoeld in artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering, ingediend door H.W.J. van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.