Einde inhoudsopgave
Overeenkomst inzake tijdelijke invoer
Artikel 14
Geldend
Geldend vanaf 27-11-1993
- Redactionele toelichting
Geconsolideerde tekst zoals bijgewerkt tot de wijziging van 04-03-2008.
- Bronpublicatie:
26-06-1990, Trb. 1991, 182 (uitgifte: 24-12-1991, kamerstukken/regelingnummer: -)
26-06-1990, Trb. 2010, 49 (uitgifte: 12-02-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
27-11-1993
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-03-2006, Trb. 2006, 59 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
24-03-2006, Trb. 2006, 59 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Vrij verkeer
1.
De tijdelijke invoer kan worden beëindigd wanneer de goederen (met inbegrip van vervoermiddelen) ernstig zijn beschadigd door een ongeval of door overmacht en deze, conform een door de douaneautoriteiten te nemen besluit, worden:
- a.
onderworpen aan de rechten en heffingen bij invoer die daarvoor verschuldigd zijn op het tijdstip waarop zij in beschadigde toestand aan de douane worden getoond met het oog op beëindiging van de tijdelijke invoer;
- b.
afgestaan, vrij van alle kosten, aan de bevoegde autoriteiten van het gebied van tijdelijke invoer, in welk geval de belanghebbende bij de tijdelijke invoer is vrijgesteld van betaling van rechten en heffingen bij invoer; of
- c.
vernietigd, onder officieel toezicht, op kosten van de betrokkenen, waarbij delen of materialen die behouden blijven, indien deze worden aangegeven voor het vrije verkeer, worden onderworpen aan de rechten en heffingen bij invoer die daarvoor verschuldigd zijn op het tijdstip waarop en in de toestand waarin zij na het ongeval of de overmacht aan de douane worden getoond.
2.
De tijdelijke invoer kan ook worden beëindigd indien aan de goederen (met inbegrip van vervoermiddelen), op verzoek van de betrokkene en conform een door de douaneautoriteiten te nemen besluit, een bestemming wordt gegeven als bedoeld in het eerste lid, letter b of c, hierboven.
3.
De tijdelijke invoer kan ook worden beëindigd op verzoek van de betrokkene indien deze ten genoegen van de douaneautoriteiten aantoont dat de goederen (met inbegrip van vervoermiddelen) door een ongeval of door overmacht zijn vernietigd of geheel verloren zijn gegaan. In dat geval is de belanghebbende bij de tijdelijke invoer vrijgesteld van betaling van rechten en heffingen bij invoer.