Verhandeling

Documentgegevens:

mr. P. Sluijter, datum 31-10-2011

Datum: 31-10-2011
Auteur: mr. P. Sluijter
JCDI: JCDI:ADS597895:1
Vakgebied(en): Burgerlijk procesrecht (V)

Aan het eigen beursje worden over het algemeen twee mogelijke doelen toegeschreven: (1) bescherming van de rechtspleg ing1 en (2) bescherming van de cliënt tegen misstappen van de eigen advocaat.2 Gezien de onderzoeksvraag ligt de focus hier op het eerste doel, namelijk het ontmoedigen van onnodig vertragend en/of kostenverhogend procesgedrag. Dat daarbij ook de cliënt tegen de eigen advocaat beschermd wordt, is een neveneffect dat eventueel positieve gevolgen voor de ervaren procedurele kwaliteit heeft,3 maar dat ik hier verder niet zal bespreken.4

Toon alle voetnoten

Voetnoten

Voetnoten

Waaronder dan zowel het belang van de wederpartij als dat van de rechterlijke macht (lees: belastingbetaler) geschaard kunnen worden.

Zie Haardt 1945, p. 77-78.

Er is enige gelijkenis met de eerder besproken compensatiefunctie van kostenconsequenties.

Opvallend genoeg had het eigen beursje in haar laatste Nederlandse levensjaren volgens de Hoge Raad juist als enige doel het beschermen van de cliënt en niet het beschermen van de wederpartij. Zie HR 12 december 1997, NJ 1998, 347 m.nt. JBMV, en de bespreking daarvan in § 4.4.