Einde inhoudsopgave
RvdW 2008, 9
HR, 14-12-2007, nr. C07/076HR
HR 14-12-2007, ECLI:NL:HR:2007:BB7650
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
14 december 2007
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, F.B. Bakels, C.A. Streefkerk, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
C07/076HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
BB7650
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BB7650, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑12‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BB7650, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 14‑12‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑02‑2007
- Wetingang
Rv art. 400
Essentie
Cassatieberoep; niet-ontvankelijkheid wegens berusting?
De door thans eiseres tot cassatie tegen het door thans verweerster in cassatie opgeworpen beroep op niet-ontvankelijkheid wegens berusting in de bestreden uitspraak naar voren gebrachte stelling dat indien zich binnen de cassatietermijn een rechtsontwikkeling voordoet, een redelijke, op een weging van de belangen van alle partijen gebaseerde, toepassing van art. 400 Rv met zich brengt dat van berusting in dat artikel geen sprake is indien alsnog de beslissing wordt genomen cassatieberoep in te stellen, kan haar niet baten, reeds omdat in het onderhavige geval geen sprake is van een rechtsontwikkeling als door ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.