Einde inhoudsopgave
Richtlijn (EU) 2016/797 betreffende de interoperabiliteit van het spoorwegsysteem in de Europese Unie
Artikel 55 Andere overgangsbepalingen
Geldend
Geldend vanaf 15-06-2016
- Bronpublicatie:
11-05-2016, PbEU 2016, L 138 (uitgifte: 26-05-2016, regelingnummer: 2016/797)
- Inwerkingtreding
15-06-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-05-2016, PbEU 2016, L 138 (uitgifte: 26-05-2016, regelingnummer: 2016/797)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
Informatierecht / Europees informatierecht
Vervoersrecht / Railvervoer
Vervoersrecht / Europees vervoersrecht
1.
De bijlagen IV, V, VII en IX bij Richtlijn 2008/57/EG zijn van toepassing tot de datum waarop de overeenkomstige uitvoeringshandelingen als bedoeld in artikel 7, lid 5, artikel 9, lid 4, artikel 14, lid 10, en artikel 15, lid 9, van deze richtlijn van kracht worden.
2.
Richtlijn 2008/57/EG blijft van toepassing met betrekking tot ERTMS-spoorbaanprojecten die in dienst moeten worden gesteld tussen 15 juni 2016 en 16 juni 2019.
3.
Voor projecten waarvan de fase van aanbesteding of contractsluiting is afgerond vóór 16 juni 2019, geldt de in artikel 19 bedoelde voorafgaande goedkeuring door het Bureau niet.
4.
Tot 16 juni 2031 zijn opties die zijn opgenomen in vóór 15 juni 2016 ondertekende contracten, niet onderworpen aan de in artikel 19 bedoelde voorafgaande goedkeuring door het Bureau, zelfs indien van deze opties gebruik wordt gemaakt na 15 juni 2016.
5.
Alvorens een vergunning af te geven voor de indienststelling van ERTMS-baanuitrusting waarvoor geen voorafgaande goedkeuring door het Bureau als bedoeld in artikel 19 was vereist, werken de nationale veiligheidsinstanties samen met het Bureau om ervoor te zorgen dat de technische oplossingen volledig interoperabel zijn overeenkomstig artikel 30, lid 3, en artikel 31, lid 2, van Verordening (EU) 2016/796.