Einde inhoudsopgave
Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee
Artikel 188 Voorlegging van geschillen aan een speciale kamer van het Internationale Hof voor het Recht van de Zee of een kamer ad hoc van de Kamer inzake geschillen betreffende de zeebodem of aan bindende arbitrage in handelszaken
Geldend
Geldend vanaf 16-11-1994
- Bronpublicatie:
10-12-1982, Trb. 1984, 55 (uitgifte: 22-06-1984, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
16-11-1994
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-10-1996, Trb. 1996, 272 (uitgifte: 01-01-1996, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Verdragenrecht
Staatsrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
Geschillen tussen Staten die Partij zijn, bedoeld in artikel 187, letter a, kunnen worden voorgelegd:
- a.
op verzoek van de partijen bij het geschil aan een speciale kamer van het Internationale Hof voor het Recht van de Zee, te vormen overeenkomstig Bijlage VI, de artikelen 15 en 17; of
- b.
op verzoek van een partij bij het geschil aan een kamer ad hoc van de Kamer inzake geschillen betreffende de zeebodem, te vormen overeenkomstig Bijlage VI, artikel 36.
2
- a.
Geschillen betreffende de uitlegging of toepassing van een contract, bedoeld in artikel 187, letter c, onder (i), worden, op verzoek van een partij bij het geschil, voorgelegd aan bindende arbitrage in handelszaken, tenzij de partijen anders overeenkomen. Een scheidsgerecht in handelszaken waaraan het geschil wordt voorgelegd, heeft geen bevoegdheid te beslissen in aangelegenheden betreffende de uitlegging van dit Verdrag. Wanneer het geschil ook een kwestie inzake de uitlegging van Deel XI en de daarop betrekking hebbende Bijlage omvat, met betrekking tot werkzaamheden in het Gebied, wordt die kwestie voorgelegd aan de Kamer inzake geschillen betreffende de zeebodem voor het doen van een uitspraak.
- b.
Indien bij de aanvang of in de loop van zulk een scheidsrechterlijke procedure het scheidsgerecht bepaalt, op verzoek van een partij bij het geschil dan wel eigener beweging, dat zijn beslissing afhankelijk is van een uitspraak van de Kamer inzake geschillen betreffende de zeebodem, legt het scheidsgerecht deze kwestie voor aan de Kamer inzake geschillen betreffende de zeebodem voor een uitspraak. Het scheidsgerecht spreekt daarna zijn vonnis uit overeenkomstig de uitspraak van de Kamer inzake geschillen betreffende de zeebodem.
- c.
Indien er in het contract geen bepaling is opgenomen betreffende de bij het geschil toe te passen scheidsrechterlijke procedure, geschiedt de arbitrage overeenkomstig de UNCITRAL-Regels inzake arbitrage of volgens andere arbitrageregels die in de regels, voorschriften en procedures van de Autoriteit kunnen zijn voorgeschreven, tenzij de partijen bij het geschil anders overeenkomen.