RvdW 2019/1009
Vordering tot herroeping v.i. Het hof heeft het vonnis van de Rb. vernietigd 'ten aanzien van de opgelegde straf en de motivering daarvan' en in zoverre opnieuw rechtgedaan en het vonnis 'voor het overige' bevestigd. De bevestiging betreft ook de gedeeltelijke toewijzing van de vordering tot herroeping van de v.i. Omdat het hof tot uitdrukking heeft gebracht op welke (door het hof bevestigde) overwegingen de herroeping steunt, is deze beslissing voorzien van de in art. 15j lid 3 Sr vereiste motivering, zodat aan het middel de feitelijke grondslag komt te ontvallen.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
24 september 2019
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, Y. Buruma, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
18/01380
- Conclusie
plv. A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1412, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 24‑09‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:688, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑06‑2019
Essentie
Vordering tot herroeping v.i. Het hof heeft het vonnis van de Rb. vernietigd 'ten aanzien van de opgelegde straf en de motivering daarvan' en in zoverre opnieuw rechtgedaan en het vonnis 'voor het overige' bevestigd. De bevestiging betreft ook de gedeeltelijke toewijzing van de vordering tot herroeping van de v.i. Omdat het hof tot uitdrukking heeft gebracht op welke (door het hof bevestigde) overwegingen de herroeping steunt, is deze beslissing voorzien van de in art. 15j lid 3 Sr vereiste motivering, zodat aan het middel de feitelijke grondslag komt te ontvallen.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN ...