Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2021/1056 tot oprichting van het Fonds voor een rechtvaardige transitie
Artikel 5 Groen beloningsmechanisme
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2021
- Bronpublicatie:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1056)
- Inwerkingtreding
01-07-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-06-2021, PbEU 2021, L 231 (uitgifte: 30-06-2021, regelingnummer: 2021/1056)
- Vakgebied(en)
Energierecht / Europees energierecht
Milieurecht / Afval
EU-recht / Financiering
Milieurecht / Algemeen
1.
2.
Indien, op grond van artikel 3, lid 3 van deze verordening, de middelen voor het JTF na 31 december 2024 worden verhoogd, worden de extra middelen over de lidstaten verdeeld overeenkomstig de in de tweede alinea van dit lid vastgestelde methode, op basis van de verandering in broeikasgasemissies van hun industriële installaties in de periode van het jaar 2018 tot het laatste jaar waarvoor gegevens beschikbaar zijn, op basis van de rapportage overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr. van het Europees Parlement en de Raad (1). De verandering in de broeikasgasemissies van elke lidstaat wordt berekend door het aggregeren van de broeikasgasemissies van alleen die regio's van NUTS-niveau 3 welke overeenkomstig artikel 11, lid 1, van deze verordening in de territoriale plannen voor een rechtvaardige transitie zijn vermeld.
De toewijzing van aanvullende middelen aan de lidstaten geschiedt als volgt:
- a)
voor lidstaten die erin geslaagd zijn hun broeikasgasemissies te verminderen, wordt de door elke lidstaat bereikte vermindering in broeikasgasemissies berekend door het niveau van broeikasgasemissies van het laatste referentiejaar uit te drukken als een percentage van de in 2018 waargenomen broeikasgasemissies; voor lidstaten die er niet in geslaagd zijn hun broeikasgasemissies te verminderen, wordt dat percentage vastgesteld op 100 %;
- b)
het definitieve aandeel voor elke lidstaat wordt berekend door de in bijlage I vermelde nationale aandelen te delen door de volgens punt a) verkregen percentages, en
- c)
het resultaat van de in punt b) bedoelde berekening wordt omgerekend naar 100 % in totaal.
3.
De lidstaten nemen de aanvullende middelen op in hun programma's en dienen een programmawijziging in overeenkomstig artikel 24 van Verordening (EU) 2021/1060.
Voetnoten
Verordening (EG) nr. 166/2005[lees: 166/2006] van het Europees Parlement en de Raad van 18 januari 2006 betreffende de instelling van een Europees register inzake de uitstoot en overbrenging van verontreinigende stoffen en tot wijziging van de Richtlijnen 91/689/EEG en 96/61/EG van de Raad (PB L 33 van 4.2.2006, blz. 1).