Einde inhoudsopgave
RvdW 2006, 163
Grenzen van de rechtsstrijd in appel; aan grieven te stellen eisen; ‘veeggrief’; uitleg grieven.
HR 03-02-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AU8278 (Budé/Geju)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 februari 2006
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop, W.A.M. van Schendel, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
C04/274HR
- Conclusie
A-G Timmerman
- LJN
AU8278
- Roepnaam
Budé/Geju
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AU8278, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 03‑02‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AU8278, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑02‑2006
- Wetingang
Rv art. 347
Essentie
Grenzen van de rechtsstrijd in appel; aan grieven te stellen eisen; ‘veeggrief’; uitleg grieven.
De enkele vermelding in de memorie van grieven dat de appellant het geschil in volle omvang aan de appelrechter wenst voor te leggen is niet voldoende om aan te nemen dat een door de appellant niet vermeld geschilpunt naast andere wel door de appellant nader omlijnde bezwaren, in hoger beroep opnieuw aan de orde werd gesteld, tenzij dit voor de wederpartij kenbaar was. Voorzover de appellant tegen een eindbeslissing in eerste aanleg geen grief heeft aangevoerd, blijft deze buiten de grenzen van de rechtsstrijd behoudens ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.