RvdW 2021/939:Medeplegen opzettelijk telen hennep (art. 3 onder B Opiumwet) en medeplegen diefstal elektriciteit (art. 311 lid 4 Sr). Wanneer het aantreffen van een hennepkwekerij gepaard gaat met het aantreffen van aanwijzingen dat elektriciteit ‘buiten de meter om’ wordt afgenomen voor die kwekerij en verdachte op die grond (ook) diefstal van elektriciteit wordt verweten, verdient die diefstal zelfstandige aandacht in bewijsvoering. De betrokkenheid van verdachte bij de teelt van hennep brengt immers op zichzelf nog niet mee dat hij zich ook schuldig maakt aan opzettelijk wegnemen van daarbij gebruikte elektriciteit (vgl. ECLI:NL:HR:2021:511). Dat verdachte tezamen en in vereniging met een of meer anderen elektriciteit heeft weggenomen, kan uit bewijsvoering niet worden afgeleid. Volgt (partiële) vernietiging en terugwijzing.