Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/941
Cassatieberoep is niet ingesteld door verdachte op wiens naam bestreden uitspraak is gewezen, maar door geadresseerde van mededeling uitspraak. HR: degene op wiens naam een vonnis of arrest staat, moet worden aangemerkt als degene te wiens laste die uitspraak is gewezen en is verdachte in de strafzaak. Ingevolge art. 427 Sv kan beroep in cassatie slechts worden ingesteld door verdachte en OM. Nu o.g.v. het procesverloop moet worden aangenomen dat A degene is namens wie het cassatieberoep is ingesteld, maar niet de verdachte is te wiens laste het bestreden arrest is gewezen, kan A niet in het beroep worden ontvangen. HR verklaart beroep n-o.
HR 21-09-2021, ECLI:NL:HR:2021:1288
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
21 september 2021
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, A.L.J. van Strien, A.E.M. Röttgering
- Zaaknummer
19/05544
- Conclusie
P-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1288, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 21‑09‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:638, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑06‑2021
Essentie
Cassatieberoep is niet ingesteld door verdachte op wiens naam bestreden uitspraak is gewezen, maar door geadresseerde van mededeling uitspraak. HR: degene op wiens naam een vonnis of arrest staat, moet worden aangemerkt als degene te wiens laste die uitspraak is gewezen en is verdachte in de strafzaak. Ingevolge art. 427 Sv kan beroep in cassatie slechts worden ingesteld door verdachte en OM. Nu o.g.v. het procesverloop moet worden aangenomen dat A degene is namens wie het cassatieberoep is ingesteld, maar niet de verdachte is te wiens laste het bestreden arrest is gewezen, kan A niet in het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.