RvdW 2020/285:Poging tot moord, door met een pistoolmitrailleur op cafébezoekers te schieten (art. 289 jo. art. 45 lid 1 Sr); voorhanden hebben van (vuur)wapens en munitie (art. 26 lid 1 WWM), aanwezig hebben van verdovende middelen (art. 2 onder C en 3 onder C Opiumwet) en witwassen geldbedrag (art. 420bis Sr). HR: art. 81 lid 1 RO.