Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake de grensoverschrijdende politiële samenwerking en de samenwerking in strafrechtelijke aangelegenheden
Artikel 29 Aanhouden
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2006
- Bronpublicatie:
02-03-2005, Trb. 2005, 86 (uitgifte: 18-04-2005, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-08-2006, Trb. 2006, 175 (uitgifte: 01-01-2006, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
Indien een persoon op wie een maatregel als bedoeld in de artikelen 11, 13, 16 en 17 betrekking heeft, op heterdaad wordt betrapt bij het plegen van een strafbaar feit tegen de gezondheid of het leven, dat naar het recht van de Verdragsluitende Staat op het grondgebied waarvan de maatregel wordt uitgevoerd aanleiding kan geven tot uitlevering, mogen de ambtenaren die de maatregel uitvoeren en onder leiding van de aangezochte Verdragsluitende Staat optreden, die persoon aanhouden. De aangehouden persoon mag met het oog op zijn voorgeleiding aan de bevoegde autoriteit van de aangezochte Verdragsluitende Staat slechts aan een veiligheidsfouillering worden onderworpen. Tijdens de overbrenging mogen hem handboeien worden omgelegd. De door de verdachte meegevoerde voorwerpen mogen voorlopig in beslag worden genomen totdat ambtenaren van de bevoegde autoriteit van de aangezochte Verdragsluitende Staat arriveren. Als strafbaar feit als bedoeld in de eerste volzin geldt tevens deelneming aan een strafbaar feit.