RvdW 2014/814:Curaçaose zaak. Verrekening pensioenrechten na echtscheiding; overeenkomstige toepassing maatstaf HR 27 november 1981 (Boon/Van Loon); redelijkheid en billijkheid; omstandigheden van het geval.

RvdW 2014/814

Curaçaose zaak. Verrekening pensioenrechten na echtscheiding; overeenkomstige toepassing maatstaf HR 27 november 1981 (Boon/Van Loon); redelijkheid en billijkheid; omstandigheden van het geval.

Documentgegevens:

HR 13-06-2014, ECLI:NL:HR:2014:1402

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 13 juni 2014
Magistraten: Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
Zaaknummer: 13/02097
Conclusie: A-G mr. L.A.D. Keus
Vakgebied(en): Strafrecht algemeen (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2014:1402, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 13‑06‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:237, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑03‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑04‑2013
Wetingang: Art. 1:94, 1:81 BWNA

Essentie

Curaçaose zaak. Verrekening pensioenrechten na echtscheiding; overeenkomstige toepassing maatstaf HR 27 november 1981 (Boon/Van Loon); redelijkheid en billijkheid; omstandigheden van het geval.

Het (toenmalige) recht van de Nederlandse Antillen kent niet een met de in Nederland geldende Wet verevening pensioenrechten bij scheiding vergelijkbare wettelijke regeling. Derhalve geldt voor verrekening van pensioenrechten de maatstaf van het arrest van de Hoge Raad van 27 november 1981, NJ 1982/503, m.nt. EAAL en WHH (Boon/Van Loon). Die maatstaf laat de rechter een grote mate van vrijheid bij de beantwoording van de vraag of en in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.