Einde inhoudsopgave
Landsverordening op de inkomstenbelasting 1943 [Curaçao]
Artikel 10 [Activerings-plicht, niet aftrekbare uitgaven, vervangings-reserve]
Geldend
Geldend vanaf 16-05-2024
- Bronpublicatie:
14-05-2024, Publicatieblad van Curaçao 2024, 40 (uitgifte: 15-05-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
16-05-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-05-2024, Publicatieblad van Curaçao 2024, 40 (uitgifte: 15-05-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Belastingen overzeese Koninkrijksdelen / Curaçao
1.
Uitgaven voor aankoop, stichting, verbetering of verandering van gronden, gebouwen, werktuigen, gereedschappen en andere goederen, die voor de uitoefening van de onderneming worden gebruikt, uitgaven voor overneming, uitbreiding, verbetering of verandering van de onderneming en andere uitgaven van die aard, worden niet als ondernemingskosten beschouwd.
2.
Uitgezonderd zijn:
- a.
de uitgaven nodig ter vervanging van goederen, waarop niet wordt afgeschreven, gebouwen niet daaronder begrepen;
- b.
de uitgaven tot aanschaffing van voorwerpen van geringe waarde, voor zover die uitgaven gewoonlijk tot de dagelijkse onkosten van de onderneming worden gerekend.
3.
Voorts is geen aftrek toegelaten ter zake van:
- a.
het vormen of vergroten van een reservefonds;
- b.
interest van eigen kapitaal; en
- c.
10 procent van de afgedragen belasting op bedrijfsomzetten als bedoeld in de Landsverordening belasting op bedrijfsomzetten 1997 (P.B. 1996, no. 210).
4.
In afwijking van het bepaalde in het derde lid kan, ingeval vergoedingen wegens verlies of beschadiging van een niet in het tweede lid, onderdeel b bedoeld bedrijfsmiddel of de opbrengst bij vervreemding van zodanig bedrijfsmiddel de boekwaarde van dat bedrijfsmiddel dan wel van het beschadigde gedeelte overtreffen, bij het bepalen van de in een kalenderjaar genoten opbrengst van onderneming in elk geval, indien en zolang het voornemen tot vervanging of herstel van het bedrijfsmiddel bestaat, het verschil gereserveerd worden en blijven tot vermindering van de in aanmerking te nemen kosten van vervanging of herstel. Het bepaalde in de vorige volzin vindt overeenkomstige toepassing ingeval aan het voornemen tot vervanging van het bedrijfsmiddel reeds vóór de vervreemding gevolg is gegeven. De reserve wordt, voor zover zij het verschil tussen de kosten van vervanging of herstel en de boekwaarde van het verlorengegane of vervreemde bedrijfsmiddel dan wel het beschadigde gedeelte daarvan overtreft, in de opbrengst van onderneming opgenomen.
5.
De op de voet van het vierde lid gevormde reserve wordt uiterlijk in het vierde kalenderjaar volgende op dat waarin de reserve is ontstaan, in de opbrengst van onderneming opgenomen, tenzij voor de vervanging of het herstel een langer tijdvak vereist is dan wel de vervanging op het herstel, mits daaraan een begin van uitvoering is gegeven, door bijzondere omstandigheden is vertraagd.
6.
Bij het staken van een onderneming dan wel bij overdracht of liquidatie van het gedeelte waartoe de in het vierde lid bedoelde reserve behoort, wordt deze reserve in de opbrengst van onderneming opgenomen.