Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling Douane- en Accijnswet BES
Artikel 2.14
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
15-12-2023, Stcrt. 2023, 34571 (uitgifte: 29-12-2023, regelingnummer: 2023-0000275008)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-12-2023, Stcrt. 2023, 34571 (uitgifte: 29-12-2023, regelingnummer: 2023-0000275008)
- Vakgebied(en)
Belastingen van lagere overheden (V)
Belastingrecht algemeen (V)
Douane (V)
1.
Behoudens het recht van visitatie, zijn van de verplichting tot inklaring uitgezonderd:
- a.
oorlogsschepen en militaire luchtvaartuigen;
- b.
pleziervaartuigen en sportvliegtuigen;
- c.
visserschepen, die van de visvangst terugkomen en zijn voorzien van een BES-aanduiding over de haven waar zij thuishoren;
- d.
sleepboten die op het BES eiland van binnenkomst geregistreerd zijn;
- e.
vaartuigen voor het verrichten van loodsdiensten;
- f.
reddingsboten;
- g.
schepen en luchtvaartuigen van de Kustwacht voor Aruba, Curaçao en Sint Maarten en voor de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
2.
Het eerste lid is niet van toepassing, indien:
- a.
voor het schip, het luchtvaartuig of voor de aan boord aanwezige goederen geen vrijstelling van wegens invoer verschuldigde belastingen kan worden genoten of bepaalde formaliteiten gelden;
- b.
op het schip, het luchtvaartuig of op de aan boord aanwezige goederen verboden of beperkingen van toepassing zijn als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, van de wet;
- c.
voor het verkrijgen van vrijstelling van belastingen, die ter zake van de invoer worden geheven of voor het geven van een bepaalde douanebestemming ten behoeve van het schip, het luchtvaartuig of voor de aan boord aanwezige goederen, ingevolge wettelijke regelingen, de vervulling van bepaalde formaliteiten is vereist; of
- d.
het schip of luchtvaartuig niet overeenkomstig haar bestemming wordt gebezigd.
3.
Van de aankomst in een haven of op een luchthaven van pleziervaartuigen of sportvliegtuigen die niet op het BES eiland van binnenkomst geregistreerd zijn, wordt onverwijld kennis gegeven aan de inspecteur. Artikel 2.8, negende lid, is van overeenkomstige toepassing.
4.
5.
De in artikel 2.8, tweede lid, bedoelde kennisgeving is niet van toepassing op de in het eerste lid bedoelde schepen en luchtvaartuigen.