Einde inhoudsopgave
Verdrag tot aanvulling van het Verdrag van Parijs van 29 juli 1960 inzake wettelijke aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie
Artikel 12
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
12-02-2004, Trb. 2005, 90 (uitgifte: 18-04-2005, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-02-2022, Trb. 2022, 12 (uitgifte: 03-02-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Straling
Milieurecht / Energie
Energierecht (V)
a)
De verdeelsleutel volgens welke de Partijen de in artikel 3(b)(iii) bedoelde openbare middelen ter beschikking stellen, wordt als volgt vastgesteld:
- (i)
voor 35% op de grondslag van de verhouding tussen het bruto nationaal product tegen lopende prijzen van elke Partij, enerzijds, en het gezamenlijk bedrag van het bruto nationaal product tegen lopende prijzen van alle Partijen, anderzijds, zoals deze cijfers voor het jaar voorafgaande aan dat waarin het kernongeval zich heeft voorgedaan, worden afgeleid uit de officiële statistieken, gepubliceerd door de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling;
- (ii)
voor 65% op de grondslag van de verhouding tussen het thermisch vermogen van de reactoren die zich op het grondgebied van elke Partij bevinden, enerzijds, en het gezamenlijk thermisch vermogen van de reactoren die zich op het grondgebied van alle Partijen bevinden, anderzijds. Deze berekening wordt gebaseerd op het thermisch vermogen van de reactoren die op de datum van het kernongeval voorkomen op de in artikel 13 bedoelde lijst, met dien verstande dat een reactor voor deze berekening slechts in aanmerking wordt genomen vanaf de dag waarop hij voor het eerst kritisch is geworden en dat een reactor bij de berekening buiten beschouwing wordt gelaten wanneer alle splijtstoffen permanent uit de reactorkern zijn verwijderd en in overeenstemming met goedgekeurde procedures veilig zijn opgeslagen.
b)
Voor de toepassing van dit Verdrag wordt onder ‘thermisch vermogen’ verstaan:
- (i)
vóór de afgifte van de definitieve vergunning tot exploitatie: het verwachte thermisch vermogen;
- (ii)
na de afgifte van een zodanige vergunning: het door de bevoegde nationale autoriteiten toegestane thermisch vermogen.