Einde inhoudsopgave
Beleidsregel betrouwbaarheidstoetsing van (kandidaat)(mede)beleidsbepalers van accountantsorganisaties
Artikel 2 Omtrent de vaststelling van de feiten
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2006
- Bronpublicatie:
19-09-2006, Stcrt. 2006, 190 (uitgifte: 29-09-2006, regelingnummer: 06-01)
- Inwerkingtreding
01-10-2006
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
19-09-2006, Stcrt. 2006, 190 (uitgifte: 29-09-2006, regelingnummer: 06-01)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Algemeen
Juridische beroepen / Algemeen
1.
De beoordeling van de betrouwbaarheid geschiedt door op basis van voornemens, handelingen en antecedenten (hierna gezamenlijk te noemen: antecedenten) te toetsen of betrokkene blijk geeft of heeft gegeven van zodanige gedragingen dat daardoor naar het oordeel van de toezichthouder diens betrouwbaarheid niet (meer) buiten twijfel staat.
2.
De bij de beoordeling van de betrouwbaarheid in acht te nemen antecedenten zijn:
- —
strafrechtelijke antecedenten ( bijlage A1 en bijlage A2);
- —
financiële antecedenten ( bijlage B);
- —
toezichtantecedenten ( bijlage C);
- —
fiscaal bestuursrechtelijke antecedenten ( bijlage D);
- —
overige antecedenten ( bijlage E).
Bijlage A2 bevat een limitatieve opsomming van antecedenten; de overige bijlagen zijn niet limitatief.
3.
Inzicht in de in het tweede lid genoemde antecedenten wordt verkregen door gebruik te maken van onder meer:
- —
de door de (kandidaat)(mede)beleidsbepaler ingevulde vragenlijst volgens het door de toezichthouder vastgestelde model;
- —
de mogelijkheid om bij de Landelijk Officier van Justitie gegevens uit politieregisters op te vragen;
- —
uitspraken van tuchtrechtelijke instanties;
- —
raadpleging van de database Vennoot '98 van het Ministerie van Justitie;
- —
raadpleging van het Nederlands Faillissementen Register;
- —
raadpleging van de Belastingdienst;
- —
gegevens of inlichtingen verkregen van Nederlandse overheidsinstanties dan wel van Nederlandse van overheidswege aangewezen instanties die op enigerlei wijze belast zijn met het toezicht op accountantsorganisaties in Nederland of op natuurlijke personen en rechtspersonen die bij die organisaties werkzaam zijn;
- —
gegevens of inlichtingen verkregen van buitenlandse overheidsinstanties dan wel van buitenlandse van overheidswege aangewezen instanties die op enigerlei wijze belast zijn met het toezicht op accountantspraktijken in het buitenland of op natuurlijke personen en rechtspersonen die bij die accountantspraktijken werkzaam zijn;
- —
ambtsberichten van het Openbaar Ministerie;
- —
de accountantsregisters van het Koninklijk Nederlands Instituut voor Registeraccountants (NIVRA) en de Nederlandse Orde van Accountants-Administratieconsulenten (NOvAA);
- —
referenties.