Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2014/65/EU betreffende markten voor financiële instrumenten en tot wijziging van Richtlijn 2002/92/EG en Richtlijn 2011/61/EU (herschikking)
Artikel 69 Toezichtbevoegdheden
Geldend
Geldend van 01-07-2016 tot 04-12-2024
- Bronpublicatie:
23-06-2016, PbEU 2016, L 175 (uitgifte: 30-06-2016, regelingnummer: 2016/1034)
- Inwerkingtreding
01-07-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-06-2016, PbEU 2016, L 175 (uitgifte: 30-06-2016, regelingnummer: 2016/1034)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Aan de bevoegde autoriteiten worden alle toezichtbevoegdheden, met inbegrip van onderzoeksbevoegdheden, toegekend die nodig zijn om hun taken uit hoofde van deze richtlijn en Verordening (EU) nr. 600/2014 te vervullen.
2.
De in lid 1 bedoelde bevoegdheden omvatten ten minste de bevoegdheden om:
- a)
toegang te verkrijgen tot ieder document of andere gegevens, in enigerlei vorm, waarvan de bevoegde autoriteit vindt dat ze relevant kunnen zijn voor de uitoefening van haar taken, en een afschrift hiervan te ontvangen of te maken;
- b)
de verstrekking van aanvullende inlichtingen op te vragen of te verlangen van iedere persoon en zo nodig een persoon op te roepen en te ondervragen om inlichtingen te verkrijgen;
- c)
inspecties of onderzoek ter plaatse te verrichten;
- d)
bestaande opnames van telefoongesprekken of elektronische communicatie of andere overzichten van dataverkeer opvragen die in het bezit zijn van een beleggingsonderneming, een kredietinstelling of enige andere entiteit die onder deze richtlijn of Verordening (EU) nr. 600/2014 valt;
- e)
om bevriezing van en/of beslaglegging op activa verzoeken;
- f)
om een tijdelijk verbod op uitoefening van de beroepsactiviteit verzoeken;
- g)
informatie verlangen van de accountants van vergunninghoudende beleggingsondernemingen, gereglementeerde markten en aanbieders van datarapporteringsdiensten;
- h)
strafrechtelijke procedures inleiden;
- i)
toestaan dat verificatie of onderzoek wordt verricht door een accountant of deskundige;
- j)
van elke persoon verstrekking van informatie eisen, met inbegrip van alle relevante documentatie betreffende de omvang en het doel van een via een grondstoffenderivaat ingenomen positie of aangegaan risico, en betreffende enigerlei activa of verplichtingen op de onderliggende markt;
- k)
verlangen dat elke praktijk die of elk gedrag dat volgens de bevoegde autoriteit in strijd is met de bepalingen van Verordening (EU) nr. 600/2014 en de ter uitvoering van deze richtlijn vastgestelde bepalingen, tijdelijk of voorgoed wordt gestaakt en voorkomen dat die praktijk of dat gedrag wordt herhaald;
- l)
elke maatregel nemen om ervoor te zorgen dat beleggingsondernemingen, gereglementeerde markten en andere personen waarop deze richtlijn of Verordening (EU) nr. 600/2014 van toepassing is, zich aan de wettelijke voorschriften blijven houden;
- m)
de opschorting van de handel in een financieel instrument verlangen;
- n)
verlangen dat een financieel instrument van de handel op een gereglementeerde markt of op een ander handelsplatform wordt uitgesloten;
- o)
van een persoon verlangen dat hij stappen neemt om de omvang van de positie of het risico te verminderen;
- p)
het vermogen van een persoon beperken om een grondstoffenderivatencontract te sluiten, onder meer door de invoering van limieten voor de omvang van een positie die een persoon op elk moment kan aanhouden, in overeenstemming met artikel 57 van deze richtlijn;
- q)
openbare bekendmakingen publiceren;
- r)
voor zover dit door het nationale recht wordt toegestaan, de bestaande overzichten van dataverkeer die in het bezit zijn van een telecommunicatie-exploitant opvragen, indien er een redelijk vermoeden van een inbreuk bestaat en indien die overzichten relevant kunnen zijn voor een onderzoek naar inbreuken op deze richtlijn of op Verordening (EU) nr. 600/2014;
- s)
het in de markt zetten of de verkoop van financiële instrumenten of gestructureerde deposito's opschorten als niet is voldaan aan de voorwaarden van artikelen 40, 41 of 42 van Verordening (EU) nr. 600/2014;
- t)
het in de markt zetten of de verkoop van financiële instrumenten of gestructureerde deposito's opschorten, als de beleggingsonderneming geen doeltreffend productgoedkeuringsproces heeft ontwikkeld of toegepast of anderszins tekortgeschoten is in de naleving van artikel 16, lid 3, van deze richtlijn;
- u)
de verwijdering van een natuurlijke persoon eisen uit het leidinggevend orgaan van een beleggingsonderneming of marktexploitant.
Uiterlijk op 3 juli 2017 stellen de lidstaten de Commissie en ESMA op de hoogte van de nationale wetten, verordeningen en bestuursrechtelijke bepalingen waarmee de leden 1 en 2 worden omgezet. Zij stellen de Commissie en ESMA onverwijld in kennis van alle eventuele latere wijzigingen ervan.
De lidstaten zien erop toe dat er mechanismen zijn ingesteld waarmee er krachtens de nationale wetgeving voor wordt gezorgd dat compensatie wordt betaald of andere herstelmaatregel wordt ondernomen voor financieel verlies of andere geleden schade als gevolg van een inbreuk op deze richtlijn of Verordening (EU) nr. 600/2014.