Einde inhoudsopgave
Mijnbouwwet
Artikel 151 [Nadere regelgeving]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2003
- Bronpublicatie:
31-10-2002, Stb. 2002, 542 (uitgifte: 01-01-2002, kamerstukken: 26219)
- Inwerkingtreding
01-01-2003
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-12-2002, Stb. 2002, 603 (uitgifte: 01-01-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Mijnbouw
Energierecht (V)
Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld ten aanzien van opsporingsvergunningen, winningsvergunningen, milieuvergunningen of mijnbouwmilieuvergunningen als bedoeld in artikel 143 en ten aanzien van activiteiten die met gebruikmaking van die vergunningen worden verricht. De regels zijn gericht op een goede invoering van de wet ten aanzien van die vergunningen. De regels kunnen afwijken van de bij of krachtens de hoofdstukken 1 tot en met 5, 7 en 11 gestelde bepalingen, indien dit voor een goede invoering van de wet noodzakelijk is, gelet op de door die bepalingen beschermde belangen. Bij de maatregel worden in ieder geval regels gesteld omtrent het wijzigen of intrekken van beperkingen of voorschriften die op grond van artikel 143, derde of zevende lid, aan de vergunning zijn verbonden, voorzover over het onderwerp hiervan regels zijn gesteld ter bescherming van de door de beperkingen en voorschriften beschermde belangen.