Einde inhoudsopgave
Mijnbouwwet
Artikel 148 [Overgangsrecht winningsvennootschap]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2003
- Bronpublicatie:
31-10-2002, Stb. 2002, 542 (uitgifte: 01-01-2002, kamerstukken: 26219)
- Inwerkingtreding
01-01-2003
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
06-12-2002, Stb. 2002, 603 (uitgifte: 01-01-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Mijnbouw
Energierecht (V)
1.
In het geval dat een vergunning ingevolge artikel 143, tweede lid, onderdeel c, als een winningsvergunning wordt beschouwd en op grond van deze vergunning een vennootschap is opgericht als bedoeld in artikel 11, tweede lid, onderdeel a, van de Mijnwet continentaal plat, zoals deze luidde voor de inwerkingtreding van deze wet, worden tot het in artikel 66, eerste lid, bedoelde resultaat gerekend:
- a.
mede de bedragen die ten goede komen aan de vennootschap;
- b.
niet de bedragen die de houder van de winningsvergunning heeft ontvangen van de vennootschap, als houder van aandelen of van winstbewijzen van die vennootschap.
2.
In het geval, bedoeld in het eerste lid, worden tot het in artikel 66, eerste lid, bedoelde resultaat gerekend:
- a.
mede de kosten die voor rekening komen van de vennootschap;
- b.
niet de rente over het eigen vermogen van de vennootschap.